De recessie zorgde voor een "eerste" en "tweede" dip in de ontwikkeling van het aantal banen in Nijmegen. Na een voorzichtig herstel in 2017 zet in 2018 de banengroei flink door.
Werkgelegenheid houdt niet op bij gemeentegrenzen. Daarom zijn er zowel veel mensen die niet in Nijmegen wonen, maar er wel werken, als Nijmegenaren die elders in Nederland een baan hebben.
Werkgelegenheid: na langzaam herstel forse groei in 2018
In de slechte jaren 2008-2009 heeft het grote aandeel werkgelegenheid in het zorg-onderwijscluster gezorgd voor enig tegenwicht tegen het grote banenverlies in de marktsector. Niettemin verloor de stad in die periode veel banen. Na april 2010 trekt de banengroei weer flink aan: met 1.700 banen erbij wordt dat één van de betere jaren in deze eeuw. De werkgelegenheid in de stad komt voor het eerst boven de 100.000 banen.
Na 2011 valt dat herstel echter weer terug naar een flinke krimp (-3.300 banen van 2011-2016). Opvallend is dat de marktsector eerder herstelt dan de groep overheid, onderwijs en gezondheidszorg. Deze groep van activiteiten is niet meer de vanzelfsprekende trekker van weleer. Na 2013 zagen we voor het eerst een krimp in de gezondheidszorg. Dat herstelt ogenschijnlijk weer in 2015 door administratieve effecten. Onderliggend vertoonde de zorgsector een dalende werkgelegenheid, die pas na 2017 weer omslaat in een groei. In de marktsector zijn de economische topjaren de vlak achter ons liggen wel goed zichtbaar in de grafiek. Samen met de bescheiden groei in de groep overheid, onderwijs en zorg, ontstaat er in 2018 een plus van 3050 banen.
Figuur 1 Banenontwikkeling Nijmegen jaar-op-jaar, totaal en verdeeld naar marktsector en gepremieerde en gesubsidieerde sector (overheid, onderwijs, zorg); 2009-2018.
| 2014 | 2015 | 2016 | 2017 | 2018 |
---|---|---|---|---|---|
landbouw | 300 | 290 | 300 | 290 | 310 |
industrie/nuts | 9740 | 9380 | 6620 | 6890 | 7270 |
bouw | 2650 | 2730 | 2760 | 2730 | 2870 |
groothandel | 3570 | 3720 | 3680 | 3600 | 3710 |
vervoer | 5900 | 6000 | 5950 | 5760 | 6110 |
detailhandel | 9420 | 9540 | 9390 | 9620 | 9770 |
horeca | 4480 | 4770 | 5060 | 5120 | 5390 |
zak. & fin. dv | 12810 | 12850 | 12800 | 13270 | 13980 |
overheid | 4510 | 3780 | 3820 | 3590 | 3820 |
onderwijs | 12270 | 12660 | 12690 | 12740 | 12880 |
gez. zorg | 28160 | 28100 | 30120 | 30140 | 30520 |
ov. diensten | 3640 | 3790 | 3630 | 3770 | 3970 |
totaal | 97430 | 97600 | 96820 | 97530 | 100580 |
Figuur 2 Banen naar bedrijfsactiviteit; PWE-Gelderland 2018 (in 2016 zijn ca. 2250 banen administratief verhuisd van industrie naar de gezondheidszorg).
Figuur 3 Banenontwikkeling Nijmegen naar sector 2014-2018. Bron: PWE-Gelderland 2018;
Y-as groeipercentage, gemiddelde is +3,2%. Bellen geven de omvang van de sectoren aan in banen in 2018. Volgorde op de X-as is toevallig, vanwege de leesbaarheid.
Bij banen van werknemers (CBS) en LISA-gegevens kunnen we een stedenvergelijking maken. Daar zien we tussen eind 2010 en eind 2017 in Nijmegen een bescheidener ontwikkeling in banen van werknemers dan in de kennissteden als geheel. Met name Eindhoven, Groningen en Leiden onderscheiden zich door een sterkere banengroei van werknemers dan gemiddeld voor de kennissteden. In de LISA-gegevens vanaf 2014 tot 2018 zien we ongeveer hetzelfde beeld: de banengroei in Nijmegen en Arnhem blijft wat achter ten opzichte de overige kennissteden. Dit ondanks de forse groeispurt van Nijmegen in 2018.
Figuur 4 Banen, Nijmegen en de kennissteden vergeleken index 2014=100; bron: LISA
Werkstad in de regio, maar ook woonstad in Nederland
Nijmegen telt in april 2018 100.580 banen bij 15.550 vestigingen van bedrijven en instellingen in de stad. Daarmee overtreft het aantal banen de omvang van de lokale beroepsbevolking van de stad (98.000).
Wat betreft beschikbaarheid van banen ten opzichte van de eigen beroepsbevolking (werkfunctie) scoort Nijmegen in 2017 iets beneden gemiddeld ten opzichte van de andere kennissteden (index 92). Gemeenten als Eindhoven, Arnhem en Groningen scoren binnen de groep kennissteden beter. In werkfunctie staat Nijmegen op de zesde plaats van de acht kennissteden, met Enschede en Tilburg achter zich
Sectoraal komt de specialisatie van de stad in onderwijs-gezondheidszorg goed naar voren in de eerste plek in de niet-commerciële diensten (50% van de banen, tegen gemiddeld 31% landelijk en 40% in de kennissteden). De industrie is veel kleiner (10%), maar vergeleken met andere kennissteden toch nog wel dichtbij het gemiddelde. Tilburg, Enschede en Eindhoven kennen meer industriële werkgelegenheid. In de commerciële diensten is de positie van de stad zeer bescheiden (laatste plaats van de acht kennissteden). Normaal zouden hier rond een derde van de banen verwacht worden, in Nijmegen is dat slechts een kwart. Dit is ook één van de achtergronden van de relatief kleine kantoorsector in Nijmegen.
banen naar sector | 1 | 2 | 3 | 4 | 5 | 6 | 7 | 8 |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
industrie, bouw, energie |
|
|
|
|
|
|
|
|
handel |
|
|
|
|
|
|
|
|
commerciële diensten |
|
|
|
|
|
|
|
|
niet commerciële diensten |
|
|
|
|
|
|
|
|
werkfunctie totaal 2017 |
|
|
|
|
|
|
|
|
Figuur Rangorde van Nijmegen t.o.v. de acht kennissteden in banen per sector en de totale werkfunctie (banen/lokale beroepsbevolking). Bron: WSJG/LISA, statistisch jaar 2017.
De arbeidsmarkt kent geen gemeentegrenzen. Ruim zes op de tien banen van werknemers in Nijmegen wordt vervuld door mensen die niet in Nijmegen wonen. Onder hen vooral veel mensen die in de gemeenten direct rond Nijmegen wonen (een derde van de inkomende pendel) maar ook veel die in de rest van Gelderland of Noord-Brabant wonen.
Omgekeerd zijn er 45.000 Nijmegenaren (ruim de helft van de Nijmeegse werknemers) die buiten hun woongemeente werken. De uitgaande pendel is daarmee kleiner dan de binnenkomende pendel (59.000). De Nijmegenaren die buiten Nijmegen werken, doen dat niet vaak in de gemeenten rond de stad (10% van de uitgaande pendel) maar vooral in gemeenten wat verder van Nijmegen. In die zin is Nijmegen de werkstad binnen de eigen regio evenals een hooggewaardeerde woonstad als uitvalsbasis naar werk elders in Nederland.
In de periode na de laatste recessie groeit de uitgaande pendel met 10.600 banen (+30%) veel harder dan de inkomende pendel (+5300, +10%). Nijmegenaren hebben dus gebruik gemaakt van de groeiende baankansen buiten de stad terwijl de omgekeerde beweging minder sterk is. Dit onderstreep nog eens het belang van bereikbaarheid van banen, ook buiten de stad, voor de economische perspectieven van de Nijmeegse beroepsbevolking.
Figuur 1 In- en uitgaande pendel Nijmegen. Waar wonen de mensen die in Nijmegen werken (boven) en waar werken de werknemers die in Nijmegen wonen (onder). Bron: CBS, december 2016, betreft banen van werknemers x 1000